In 877 wordt de naam Liniacum gebruikt voor het domein Lennik door Karel de Kale. Dit zou volgens oa. Wikidepia komen van het domein van Linius of domein aan de rechte weg/rivier. Dit wordt door sommige historici in twijfel getrokken omdat er geen rechte rivier is en ook dat de rechte weg Edingen-Asse te ver van het centrum ligt. Door de meetkundige opbouw van het historisch centrum van Lennik lijkt me de betekenis ‘stad van de lijnen’ veel logischer dan te refereren naar een zekere Linius, waar niets van terug te vinden is.
In het zwaartepunt komen twaalf wegen (in de oudheid gekend als een volmaakt getal) samen. Twaalf wegen of lijnen (Linea). Vandaar de naam Lineacum ‘stad van de lijnen’. Er is ook een symmetrie tussen de linker en rechter helft van het centrum. Deze symmetrie houdt rekening met dat ofwel de linkse ofwel de rechtse weg een natuurlijk traject volgt. Dit is verre van evident gezien het lokale reliëf en duidt op een straffe meetkundige prestatie van iemand die wilde tonen wat hij kon. Hij wou dit duidelijk maken door er met de naam naar te refereren.
In de middeleeuwen gebruikte men ‘Linia’ voor lijn (Liniacum), in het klassieke latijn schreef men ‘linea’. De klassieke Romeinse naam van Lennik zou dus ‘Lineacum’ kunnen geweest zijn.
Het stuk van de naam Sint-Kwintens van de deelgemeente komt van de patroonheilige van de parochie. Uiteraard moest die patroonheilige op een bepaald moment gekozen worden bij het ontstaan van de parochie en dan klinkt het logisch dat de naam Quintus (Cicero) als grondlegger of stichter van de stad toen nog gekend was en als inspiratie gediend heeft. Op deze manier is de naam Kwinten bewaard gebleven tot bij de splitsing van Lennik in 2 delen: Sint Kwintens en Sint Martens.